In tegenstelling tot wat er gisteren in verschillende media is verschenen en ik bijgevolg ook op mijn blog heb gepost, gaat de herziening met betrekking tot de VAA van de autokosten niet door. Gisterenavond heeft het kabinet van Minister Koen Geens een persbericht uitgestuurd dat de Minister het standpunt van de fiscale administratie niet volgt. Nochtans had hij in een antwoord op een parlementaire vraag van Dirk Van Der Maelen het standpunt van de fiscale administratie bevestigd. Nu komt Koen Geens hier op terug en gaat hij dus noet akkoord met dat standpunt. Dat is goed nieuws voor alle ondernemers en de rechtszekerheid in de fiscaliteit. Bron: De Standaard van 24 mei 2014 Tot nu toe werd aanvaard dat de aftrekbeperking op autokosten niet van toepassing is wanneer en in de mate deze autokosten ‘gedekt’ zijn door een voordeel alle aard. Een eigen bijdrage van de genieter had daarentegen volgens de Administratie geen invloed, terwijl dat in de rechtspraak ter discussie staat.
Gewijzigd administratief standpunt Het nieuwe administratieve standpunt maakt een onderscheid tussen autokosten die zijn gedaan vóór en autokosten die zijn gedaan na 01.01.2012. Kosten die zijn gedaan of gedragen vóór 1 januari 2012. Voor deze kosten blijft het administratieve standpunt ongewijzigd. Kosten die zijn gedaan of gedragen vanaf 1 januari 2012. Voor autokosten die zijn gedaan vanaf 1 januari 2012 wijzigt de Administratie haar standpunt radicaal. De Administratie is namelijk van mening dat de nieuwe berekeningswijze van de vanaf 1 januari 2012 toegekende voordelen van alle aard voor het privegebruik van een bedrijfswagen tot gevolg heeft dat het voordeel geen invloed meer heeft op de aftrekbeperking van autokosten die vanaf diezelfde datum zijn gedaan of gedragen. Met andere woorden, de aftrekbeperking blijft ten volle van toepassing, ongeacht of er een voordeel van alle aard in aanmerking werd genomen of een eigen bijdrage werd betaald. In het antwoord wordt niet verduidelijkt waarom het standpunt is gewijzigd, maar naar onze mening heeft het te maken met het feit dat vanaf 1 januari 2012 het voordeel niet meer wordt geraamd in functie van ‘de werkelijke waarde bij de verkrijger’ (artikel 36, §1, WIB92) maar wel in functie van de CO2-uitstoot en de cataloguswaarde van het voertuig (artikel 36, §2, WIB92) In de praktijk Deze koerswijziging komt als een donderslag bij heldere hemel. Niet alleen moet er onmiddellijk rekening mee worden gehouden bij de opmaak van de aangifte voor aanslagjaar 2014, maar gelet op het feit dat de wijziging van het standpunt van toepassing is op uitgaven die zijn gedaan vanaf 1 januari 2012, is de kans groot dat de aangifte voor aanslagjaar 2013 niet conform het toen nog niet herziene administratieve standpunt werd ingediend. Hoe dit in de praktijk verder moet, is een vraagteken. Bron: Parlementaire vraag nr. 138 van de heer Van der Maelen d.d. 07.03.2013 Bron: Lexfin (= fiscale database voor boekhouders en fiscalisten). In een nieuwe circulaire worden de maximaal aftrekbare bijdragen voor het vrij aanvullend pensioen van zelfstandigen bekendgemaakt.
Het maximaal aftrekbaar bedrag voor pensioenovereenkomsten waaraan geen solidariteitsstelsel is verbonden, bedraagt 8,17 % van het inkomen waarop de sociale bijdragen worden berekend, met een absoluut maximum van 3.017,73 EUR voor de bijdragen van 2013. Voor pensioenovereenkomsten waaraan wel een solidariteitsselsel is verbonden, bedraagt het maximaal aftrekbaar bedrag 9,4 % van het inkomen waarop de sociale bijdragen worden berekend, met aan absoluut maximum van 3.472,05 EUR voor de bijdragen van 2013. Het inkomen waarop de sociale bijdragen van 2013 worden berekend, is in de regel het netto belastbaar beroepsinkomen van aanslagjaar 2011 vermenigvuldigd met de breuk 499,59/457,73. Bron: Circulaire AAFisc Nr. 18/2014 (nr. Ci.RH.243/587.019) dd. 13.05.2014. Bron: Lexfin (fiscale databank van Standaard Uitgeverij) |
Archief
Februari 2020
|